Robert is in alle opzichten een jong lid van SOUZA. Hij is de jongste van de SOUZAmannen en kwam pas eind 2005 kijken bij SOUZA.
Hij kwam kijken op uitnodiging van Ludi Bok.SOUZA vond in die tijd dat we aan het vergrijzen waren en actief op zoek moesten naar, bij voorkeur, jonge mannen.
Ludi wist wel iemand en wel Robert die ze op de AKE-modeltekencursus van Paul Butzelaar leerde kennen. Robert kwam ‘op zicht’ en bleef.
Hij had de expositie ’20 JAAR SOUZA’ in het Bruggebouw in Emmen gezien maar was zelf niet op het idee gekomen eens te onderzoeken of hij zich kon aansluiten. Hij bracht Ludi’s uitnodiging zelfs niet in verband met die expositie, de naam SOUZA was helemaal weggezakt (namen zijn geen sterk punt van Robert).
Maar nu betekent SOUZA echt iets voor hem. Hij voelt zich thuis in zo’n diverse groep, doet ideeen op door het kijken naar het werken van anderen en heeft erg veel aan wat de begeleidende kunstenaars bieden.”Soms denk ik: Ja, dat ga ik dus echt niet doen…Maar ik doe het en het blijkt werkelijk iets op te leveren.’
Schilderen is belangrijk voor Robert. Alleen het ‘iets maken’ betekent al veel; het bezig zijn met de klodders. Je brengt iets tot stand, iets dat je aan anderen kunt laten zien, waar je trots op kunt zijn.
‘Als boeddhist ben je bezig je ego af te breken, met je schilderijen bevestig je je ego juist. Hoe dat zit, weet ik nog niet.’
De verfbehandeling, het handschrift zijn de elementen die boeien en het bezig zijn spannend maken.
‘ Vooral het menselijk lichaam inspireert me. Maar ook landschappen en dan met name overgangen in landschappen, grenzen.
Aanvankelijk werkte ik alleen met olieverf, dat vind ik nog steeds fijn materiaal. Later ben ik met acryl gaan werken, het stelt andere eisen, maar ook kwalitatief goede acryl werkt heel prettig. Ik heb geen voorkeur.
Ik maak veel gebruik van foto’s, noodgedwongen. Een model is vaak maar beperkt aanwezig en daarna kan je verder met behulp van foto’s. Het blijft een hulpmiddel om op terug te vallen bij gebrek aan het echte. Liever niet, dus.
Ik heb een eigen atelier waar ik erg blij mee ben. Het staat onder de dennebomen in de tuin.Het is 5×8 m. en lekker hoog. Het heeft openslaande deuren en donkere wanden. Het interieur heb ik met veel plezier zelf gemaakt. Ik vind het al heerlijk om het houtkacheltje te stoken dat voor de verwarming zorgt.Ik draai een CDtje dat past bij mijn stemming, soms klassieke jazz,soms Candy Dulfer of Blof of R&B, maar ook wel eens flamenco of Arabische muziek. Lekker werken.
Mijn voorkeur op het gebied van schilderkunst gaat in ieder geval uit naar figuratief werk en dan in de richting van impressionisme.
Als favoriete kunstenaars zou ik willen noemen: Sam Drukker, Lucian Freud,Paul Butzelaar, Matthijs Roling,Dinie Boogaart Dorry te Winkel
De laatste expositie die ik heb bezocht is die van Lucian Freud in het Gemeentemuseum in Den Haag. Heel indrukwekkend, zijn verfbehandeling, mooi vet. Niet alles even geweldig maar als geheel prachtig.
Een andere tentoonstelling waarvan ik nog steeds onder de indruk ben is “Leve de schilderkunst” in de Kunsthal in Rotterdam. Terugkijkend in de catalogus zijn het de werken met een markante kwaststreek gecombineerd met een gedurfde compositie die nog in mijn geheugen zitten, die me nog treffen en die me inspireren.’