Het was een zelfstandig-werken dag. In het begin moest even een probleem met de bezetting van onze expositie in het CBK Rensenpark worden opgelost. Wegens ziekte en andere overmacht was er niemand. Onze oplossing: doe maar een dagje dicht. Kunnen de schilderijen ook even tot rust komen na al dat bekijks en complimenteus gedrag.
Iedereen had zin om de kwasten en de verf daarna in beweging te zetten. En dat ging tot de soep voortvarend.
Eke met haar groepje zwemsters, Marijke P. met haar vervolgstudie op een portretcursus, Marijke van R met een impressie van Marokko voor het project Feest van de Geest, Robert met een portret van zijn zoon, Marion met een afdruk van een boomstam, Gerard met het Ruiten A-Kanaal, Jeanine stort zich nu op torretjes en ander onderkruipsels, Alice met haar touwtje springende meisjes, Conny met haar tekeningen, druksels op glanzend fotopapier, Krijnie had weinig tijd in verband met een Nivon rondleiding in de Fabriek, maar schilderde toch het begin van een nieuw tafereel, en ondergetekende opnieuw met een IJsland impressie. Mia, Harm, Jettie en Nasima waren afwezig.
Tijdens de soeppauze luchtten we onze harten over de mail- wisseling: het gebruik van foto’s voor je werk. Om eerlijk te zijn kwam de discussie door een opmerking van een meneer aan het adres van Marion die een aquarel-oefening in het Rensenpark deed met een foto als voorbeeld. De man zei denigrerend: “o, plaatje naschilderen”. Dat was au! Maar bracht haar op het idee om het er eens over te hebben: wat doen we met het beeldrecht als er foto’s van professionele fotografen worden gebruikt om een schilderij te maken. Dat sloeg in als een bom en had enkele naschokken tijdens onze soep-discussie. De vraag is wat gebeurt er met beeldrechten als er precies wordt nageschilderd. Een interessante vraag, maar in het digitale tijdperk waarin iedereen alles wat op internet verschijnt als inspiratiebron mag gebruiken niet meer zo relevant.
Een conclusie is er eigenlijk niet. Iedereen gebruikt een inspiratiebron, een foto van zichzelf, van een ander, van een schilderij van een droom of van wat dan ook. Niets op tegen. Op het doek verschijnt een eigen handschrift, de kopie is nooit exact hetzelfde, al was het alleen al dat het voorbeeld een foto is en op het doek met verf wordt gewerkt naar eigen inzicht en gevoel. De schilderijen vertellen het verhaal verder. Na afloop volgde er een soort collectieve bekentenis: iedereen gebruikt een voorbeeld, een foto, een indrukwekkende herinnering voor een werkplan.
Een andere discussie over nieuwe leden werd afgerond met de opmerking dat wie zich wil aansluiten bij Souza een keer of drie voor een tientje mag meedraaien, waarna een goed- en of slechtnieuws gesprek kan plaatsvinden. De natuurlijke weg volgen lijkt het beste, geen regels stellen en geen protocollen.
Tijdens de theepauze ontwikkelde zich weer een nieuwe, meer neutrale discussie: hoe krijg je het voor elkaar dat mensen langer dan 7 seconden naar je werk kijken. Robert heeft er een workshop over gevolgd. Hij zal ons het lijstje sturen met zeven punten over hoe lang mensen kijken naar een schilderij en hoe je het aantal seconden dat iemand kijkt kunt verlengen.